Archeologisch onderzoek bij het Kruisherenklooster Ter Apel

Foto: André Dümmer

TER APEL – Bij het klooster in Ter Apel wordt archeologisch onderzoek gedaan.

Het Kruisherenklooster van Ter Apel is als USESCO top-100 monument één van de belangrijkste historische bouwwerken van Nederland. Tussen 2000 en 2002 werd de nieuwe westvleugel van Klooster Ter Apel gerealiseerd. Een onderdeel van de nieuwbouw was de aanleg van een ondergronds depot onder de westvleugel en onder een gedeelte van de kruidentuin in de Kloosterhof. Bij de graafwerkzaamheden zijn destijds menselijke skeletresten gevonden. In de tijd van de Kruisheren werden de leden van deze Orde begraven in de Kloosterhof en gedurende eeuwen daarna werd deze locatie gebruikt als lekenbegraafplaats. Ook zou het daarna als ‘dorps’ begraafplaats kunnen hebben gefunctioneerd.


Onder de begraafplaats vonden archeologen een deel van de contouren, en als het ware een platte grond, van een 11-de eeuwse boerderijnederzetting, vergelijkbaar met een boerderij van het type Gasselte-B in Drenthe.


In de Middeleeuwen waren er slechts enkele verbindingswegen, zoals de route van de stad Groningen naar het Duitse Munster. Handelslui, reizigers en pelgrims maakten gebruik van deze wegen. Op de route bevonden zich rustpunten (hospice) zoals het kruisherenklooster in Ter Apel. De Klooster enclave was behoorlijk groot en zelfvoorzienend, zo blijkt uit historische kaarten, vondsten, beschrijvingen en fundamenten. Logisch want in de Middeleeuwen waren er geen hotels en de reistijden waren veel langer. Het huidige museum het klooster is een virtuele tour in de tijd van de middeleeuwen te herbeleven.

Grond radaronderzoek.
Afgelopen maart werd er met een grondradar rondom het klooster onderzoek gedaan. Een quad met daarachter een radar bracht de hele bodemgesteldheid rondom het klooster in kaart. Het zouden contouren van oude funderingen, een kelder of opgevulde grachten kunnen zijn. Om het zeker te weten is verder onderzoek nodig. Mogelijk gaat het om bijgebouwen die vroeger rondom het 15e-eeuwse kruisherenklooster stonden, dat nu dienst doet als museum. Een eerder onderzoek toonde al aan dat het klooster in Ter Apel vroeger veel groter was. Ook zijn er aanwijzingen dat er vroeger nog meer gebouwen stonden, zoals een oude boerderij, bak- en brouwhuis, een watermolen, een poort, een keuken en een school.

Het archeologisch onderzoek

Een gesprek met archeoloog Hans van Westing
Hans van Westing studeerde Pre- en Protohistorie, met als specialisatie maritieme archeologie, aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij is sinds 1985 projectcoördinator bij de SAM Stichting Archeologie en Monument en heeft in die hoedanigheid onderzoek verricht aan vestingen en fortificaties in Noord-Nederland. Een deel van de afdruk van het fundament van de boerderij die onder het kerkhof in 200-2001 is gevonden is niet onderzocht omdat het buiten de bouwput viel, aldus Hans van Westing. Interessant is om te weten of het om een schuur gaat of meerdere schuren en bijgebouwen. Nu een volledig radar beeld van rondom het klooster beschikbaar is hebben archeologen een keuze gemaakt om een dwarssnede van de bodem te maken aan de westkant van het klooster. Op de radar beelden zijn interessante contouren te zien wat kan duiden op door mensen aangebrachte grondverstoringen. Dit kunnen eerdere fundamenten zijn van gebouwen en landschap veranderingen zoals aangelegde watergangen of waterputten.

Uit oude landkaarten is gebleken dat drie grachten (sloten of greppels) aan de westkant van het Klooster waren aangelegd. De archeologen zijn erg benieuwd of dat zo is en wat de functie hiervan was. Zou het een watertoevoer kunnen zijn geweest van uit de naast gelegen Runde voor een visvijver even verderop? Het bestaan van een visvijver is niet zeker, gezien de radarbeelden is er wel een vermoeden. Uit een dwarsdoorsnede van een watergangen is veel informatie te halen en wellicht ook interessante vondsten. De archeologen hebben het bestaan van de drie watergangen kunnen vaststellen, zie foto’s. Ook zijn er twee waterputten ontdekt, een grote en een kleine van circa 1 meter in doorsnee. De gevonden waterputten hebben geen gemetselde putmantel maar een ogenschijnlijk met zoden opgestapeld constructie. Dit wordt later nog verder onderzocht. Ook de datering wordt later onderzocht. Zo zou de kleine waterput veel ouder kunnen zijn dan het huidige Klooster.

Verder is ijzeroer aangetroffen. IJzeroer werd in de middeleeuwen gebruik om een fundament te bouwen wanneer het voorhanden was. Ook een van de reden van de plaats van de grondsleuf is de vroegere aanwezigheid van een meesterwoning en een schoolgebouw die aan de westkant aan het Klooster vast heeft gezeten. Van de meesterwoning en het schoolgebouw is nog een oude foto van aanwezig. De huidige vondsten bevestigen dit. Het grondprofiel wordt nauwkeurig gemeten en vastgelegd. Iedere grondsoort krijgt een nummer en bemonsterd, zo is later alles te herleiden en beschikbaar.

Een gesprek met projectleider en archeoloog Ko Lenting
Ko Lenting is projectleider, KNA archeoloog en Senior KNA specialist materialen bij RAAP Archeologisch Adviesbureau. De firma RAAP is het grootste advies- en onderzoeksbureau voor archeologie en cultuurhistorie in Nederland. Archeoloog Ko Lenting was betrokken dit jaar bij de vondst van een kanon, een volledig intacte zesponder met verlengde loop, bij de opgraving van de Valtherschans en volgens archeoloog Ko Lenting is deze vondst zeer uniek. “Ik heb in 30 jaar tijd heel wat schansen opgegraven, in Bourtange, in Oudeschans, maar nog nooit vonden we een kanon! En dan uitgerekend hier op de kleine Valtherschans vinden we er wel één!” Door twee proefsleuven te graven willen we onderzoeken hoe lang de 11-de eeuwse boerderij is geweest dat voor het klooster heeft gestaan aldus Lenting. Er is nu een paalgat gevonden die bij de boerderij hoort. Ook zijn stenen en stiepen gevonden van zandfunderingen van het schoolgebouw dat achter het Klooster heeft gestaan. Een datering moet nog worden vastgesteld.

Verder werkt de Rijksuniversiteit Groningen faculteit Archeologie mee aan dit onderzoek. Professor dr. Stijn Arnoldussen was deze week samen met studenten op deze locatie om uitleg te geven. Het archeologisch onderzoek wordt gesubsidieerd door de provincie Groningen en Stichting Gebroeders Hessefonds.
Verder werken vrijwilligers van de SAM (Stichting Archeologie en Monumenten) mee. Dit onder leiding van archeologen die veel metaaldetectivewerk en zweefwerk verrichten.

Ingezonden door André Dümmer

Op het beeldmateriaal op de website van RTV Westerwolde rusten auteursrechten.