COA in hoger beroep tegen vonnis over opvang in Ter Apel

Foto: Catharina Glazenburg

TER APEL – Het COA heeft besloten in hoger beroep te gaan tegen het recente vonnis over de opvang in Ter Apel. Het COA bestrijdt niet het maximaal aantal van 2.000 mensen in de opvang, maar ziet zich wel genoodzaakt in hoger beroep te gaan tegen de andere onderdelen van de rechterlijke uitspraak. In hoger beroep hoopt het COA op juridische duidelijkheid. 

Volgens het COA legt de rechter het COA eisen op waaraan het niet kan voldoen en heeft de rechter onvoldoende acht geslagen op onderbouwing daarvan in de procedure. 

Kernpunten hoger beroep

De kernpunten die het COA wil laten heroverwegen door het Gerechtshof zijn:

  • Het opleggen van een dwangsom aan het COA gaat het probleem van een overvol Ter Apel niet oplossen, want het verandert niets aan de maximale inspanningen die het COA al levert.  Het drijft het COA op onnodige en te voorkomen kosten voor de asielopvang, geld dat nodig is om voor iedereen die asiel aanvraagt opvang en begeleiding te bieden. 
  • De eis om het aantal aanwezige mensen in Ter Apel elk moment van de dag te tellen, is onuitvoerbaar. Het COA hanteert uniforme telmomenten op al zijn locaties. Het is niet haalbaar om ‘elk moment van de dag’ het aantal asielzoekers te tellen. Dit zal leiden tot onduidelijkheid en is arbeidsintensief gezien het voortdurend aankomen en vertrekken van asielzoekers. 
  • De overweging van de voorzieningenrechter om asielzoekers te verplaatsen naar andere opvanglocaties is geen oplossing, omdat deze locaties al overvol zijn met een landelijke bezetting van 100%. Dit zou dan betekenen dat het COA bestuurlijke afspraken ook met andere gemeenten moet schenden. 
  • De uitspraak zet het COA voor een dilemma: de verplichting om op laste van een dwangsom de bezetting van Ter Apel onder de 2.000 mensen te houden staat naast de wettelijke taak van het COA om aan iedereen die asiel aanvraagt opvang te bieden. Indien het COA zich aan het vonnis houdt kan dit leiden tot een situatie zoals in de zomer van 2022, toen mensen wekenlang op het gras sliepen. Voor medewerkers, bewoners en omwonenden ongewenste en inhumane situaties. 

Structurele knelpunten asielketen

De afgelopen periode is de groeiende vraag naar opvangplekken voornamelijk ontstaan door structurele knelpunten in de asielketen, waardoor asielzoekers te lang in de asielopvang verblijven. Zo wachten er meer dan 12.000 statushouders langer dan 3 maanden op een woning en wachten meer dan 30.000 asielzoekers langer dan de wettelijke termijn van 6 maanden op een uitkomst van hun asielaanvraag bij de IND. Wanneer alle opvanglocaties van het COA vol zijn, kunnen mensen niet doorgeplaatst worden vanuit Ter Apel. Dit is de enige plek in het land waar asielzoekers zich aanmelden en wettelijk gezien aanspraak kunnen maken op een opvangplek.

Oplossingsrichtingen

Er moet samen met het Rijk en medeoverheden nagedacht worden over constructieve oplossingen om statushouders sneller te huisvesten. Hiermee worden de schaarse opvangplekken vrijgemaakt voor bewoners waarvoor de asielopvang oorspronkelijk bedoeld is: asielzoekers die in afwachting zijn van een tijdig besluit over hun asielaanvraag. Ook is het COA net als de IND voorstander van een stabiele financiering van de organisaties in de vreemdelingenketen. Structurele investering in de uitvoering is noodzakelijk om meerjarige plannen te kunnen maken en draagt bij aan het  terugdringen van wachttijden in de asielprocedure.

Bestuursvoorzitter van het COA Milo Schoenmaker: ‘We vragen van onze medewerkers al geruime tijd het uiterste; ze werken in overvolle opvangcentra in het land. De rechter vraagt nu het onmogelijke van het COA, terwijl de inspanningen al maximaal zijn en we in de uitvoering afhankelijk zijn van externe factoren. Het opleggen van een dwangsom gaat dan ook niet bijdragen aan een oplossing. We hopen dat het hoger beroep leidt tot meer begrip voor onze positie en tot juridische duidelijkheid.’

Bron: COA

Op het beeldmateriaal op de website van RTV Westerwolde rusten auteursrechten.