SELLINGEN – Na jaren van beheer en zorgvuldig natuurherstel keert de biodiversiteit stap voor stap terug op de heide van Ter Borg. Boswachter Leon Luijten vertelt in zijn boswachtersblog over de uitgevoerde maatregelen en de indrukwekkende resultaten die nu zichtbaar worden.
Wat was er aan de hand op de heide van Ter Borg?
‘De heide begon dicht te groeien met soorten die hier van nature wel thuishoren, maar de overhand kregen. Vooral het mos Grijs kronkelsteeltje (Tankmos) en de grassoort Bochtige smele vormden een probleem. Ze bedekken de bodem als een dichte deken en laten geen ruimte voor typische heideplanten, die juist gebaat zijn bij open, schrale grond.
In 2021 heeft Staatsbosbeheer een kleinschalig plagproject uitgevoerd. Op een smalle strook heide die volledig vermost en vergrast was, is een dun laagje van de toplaag afgehaald. Dat klinkt rigoureus, maar dit is heel zorgvuldig gedaan. Het natuurlijke reliëf is behouden en groeiplaatsen van waardevolle soorten bleven bewust gespaard’, aldus Luijten
De eerste gewenste soorten verschenen al in de eerste jaren na het plaggen, maar nu, vier jaar later, zie je echt een rijkere vegetatie ontstaan. Struikheide en Dopheide groeien volop. Ook bijzondere soorten als Borstelgras, Tandjesgras, Fijn schapengras en Dwergviltkruid zijn teruggekeerd. Dat zijn allemaal soorten die je bijna alleen nog in schrale natuurgebieden tegenkomt.
Hiervan profiteert het Heideblauwtje, een zeldzaam vlindertje dat zijn eitjes legt op jonge Struikheide. De rupsen leven van de verse groeipunten. In de zomer zie je de vlinders dansen over de bloeiende heide. In Groningen zijn er maar een paar plekken waar deze vlinder nog voorkomt.
‘Je moet soms durven ingrijpen om ruimte te maken voor kwetsbare soorten — en dan geduldig toekijken hoe de natuur haar werk doet’, aldus Leon Luijten.
Catharina Glazenburg
Bron: Bowachtersblog.nl